B.5.3. De Capillairen

 – MCQ’s

1
Aangemaakt op Door admin

MCQ B.5.3.

De Capillairen

1 / 4

Als de hydrostatische druk aan het begin van een capillair 25 mmHg is en aan het einde van dat capillair 15 mmHg, wat is dan hoogstwaarschijnlijk de druk halverwege dit capillair?

2 / 4

Als de netto filtratiedruk aan het begin van een capillair +5 mm Hg is en aan het einde van het capillair -5 mm Hg, wat is dan hoogstwaarschijnlijk deze druk halverwege dit capillair?

3 / 4

In de microcirculatie in de dunne darm werden de volgende drukken gemeten: in de haarvaten een hydrostatische druk van 20 mm Hg en een oncotische druk van 10 mm Hg terwijl in de interstitiële ruimte een hydrostatische druk van 3 mm Hg en een oncotische druk van 15 mm Hg werd gemeten. Wat is in dit geval de netto filtratiedruk?

4 / 4

Bij ernstige ondervoeding kan ascites (=zwelling van de buik) optreden. Welke druk verwacht u in dit geval abnormaal te zijn?

Je score is

De gemiddelde score is 50%

0%

X